2) Betsy (208 blz.)

Zomer 1896: domineesdochter Betsy Nelson krijgt schokkend nieuws. Haar vader heeft een hartaanval gehad. Hij moet zijn ambt neerleggen en Betsy keert huiswaarts om voor hem te zorgen. Betsy kan het maar moeilijk verwerken dat een andere dominee het werk van haar vader overneemt. Tot ze de charmante en knappe William Covington ontmoet.
Deze nieuwe dominee is onlangs door zijn verloofde in de steek gelaten. Hij heeft zich voorgenomen nooit meer verliefd te worden. De kerkleden zien hem liever wél met een vrouw door het leven gaan, en Betsy lijkt de perfecte kandidaat. Maar Betsy en William blijken een heel andere mening te hebben over hoe een gemeente geleid moet worden. Het is dus maar de vraag of deze koppelactie ook echt gaat werken.

3) Sarah (239 blz.)

Zomer 1898: De weduwe Sarah Turner is niet op zoek naar liefde. Ze heeft haar handen vol aan haar drie kinderen en het werk bij de sluis. Maar dan passeert kapitein Elias Brooke de sluis. Sarah, die niets moet hebben van schippers, houdt hem op afstand. Toch is hij vanaf dat moment steeds in haar gedachte.
Sarah beheert niet alleen de sluis voor de kanaalvaarders, maar bakt ook brood voor ze. De knappe smid Patrick O'Grady eet daar graag van mee. Als O'Grady haar een huwelijksaanzoek doet, staat Sarah voor een moeilijke keuze: volgt ze haar hart of accepteert ze het huwelijksaanzoek van de smid?