Koos en Wim Westerbaan mogen in de vakantie komen logeren bij oom Jaap en tante Lies.

Jaap Westerbaan heeft na zijn terugkeer uit Australië een baan gekregen als houtvester ergens in de Belgische grensstreek. In deze gebieden, waar de botersmokkel reeds jaren welig tiert, raken de beide broers verstrikt in de activiteiten van een internationale bende, die zich niet alleen bezig houdt met botersmokkel, maar nog veel meer met de handel in verdovende middelen.
Na een beangstigend avontuur, waarbij de broers in doodsgevaar komen te verkeren, komt Sheltie hen juist op tijd op het spoor, zodat alles toch nog goed afloopt.