Tijdens een nachtje kamperen merken de twee vrienden Kees Roest en Henk Verheul iets verdachts bij de eendenkooi. Kees gaat eropaf en luistert een gesprek af over "een goudschat in de bossen bij Garderen", waarnaar de onbekende mannen op zoek zijn.

De twee vrienden voelen er ook wel veel voor om de goudschat op te sporen, maar hoe komen ze ooit in Garderen? Onverwachts doet zich een mogelijkheid voor: de jongens mogen in Garderen gaan kamperen!

En dan begint het zoeken. Er zijn echter meer kapers op de kust. Ongewild komen de twee vrienden met deze kapers, niets ontziende criminelen, in contact, en dan gaat het er flink om spannen. Kees en Henk gaan twijfelen of het wel goed was dat ze zo hun zinnen op de goudschat gezet hebben...