In deze prekenbundel van ds. F. Mallan (1925 - 2010) wordt gewezen op de oorzaak van de zaligheid: Gods eeuwige, soevereine, verkiezende liefde. God werd niet bewogen door de ellende van de mens, maar werd ook niet weerhouden door de zonde van de Zijnen. God zoekt het verlorene uit eeuwige liefde. Die verloren zondaren leren zich bij aanvang en bij voortgang als zodanig kennen, zodat ze nergens anders hun rust kunnen vinden dan alleen in Christus. De preken bevatten een ruim Evangelie voor zondaren die niets meer in te brengen hebben. In deze bundel zijn preken opgenomen over o.a. het verloren schaap, de voetwassing van de discipelen door Jezus, Jezus' raadgeving aan de Laodicenzen en de onuitsprekelijke zaligheid die voor de bruid bereid is in de gemeenschap met het Lam. Ook is een preek opgenomen voor de vakantietijd over Hooglied 7: "Kom, mijn Liefste, laat ons uitgaan in het veld, laat ons vernachten op de dorpen".