Van die stoere Calvinisten (die de worstelstrijd tegen Spanje gestreden hebben), was Coen er een, toegerust met al de deugden die hen sierden, maar evenmin geheel vrij van wat onze tijd in hen veroordeelt. Groot is hun eenvoud, streng zijn ze in opvattingen van zedelijkheid, fors en doortastend in optreden, kloek en tegelijk beleidvol in de strijd; in doorzicht en rijpheid vna oordeel op staatkundig gebied, in plichtsvervulling vaak onovertroffen en vervuld met ootmoedig Godsvertrouwen; zo staan de besten dier stoere vaderen voor ons. En onder hen blinkt COen als een stralende zon, ondanks de gebreken, waarvan ook deze zoon van Nederland niet vrij te pleiten is.