Johan G. Veenhof: Als de morgen gloort

Omnibus

In Zwoel waait de lentewind wordt het weesmeisje Elsie Schutte in het gezin van Martien Dennenbarg opgenomen, maar van liefde of warmte is geen sprake. Integendeel, Elsie wordt schandelijk uitgebuit. Als het verhaal gaat dat er een duister figuur rondwaart op de Veluwse hei, die kwaad in de zin heeft, besluiten de dorpelingen orde op zaken te stellen. Te midden van deze gebeurtenissen wordt Elsie verliefd op een jonge aquarellist.

Tos Scholte en zijn vader werken als daggelders en worden door boer Knol letterlijk afgebeuld. Als Tos het voor zijn zieke vader opneemt, worden beiden de laan uitgestuurd. Ten einde raad begint Tos voor zichzelf en vent boter, kaas en eieren in een naburige stad. Op een avond wordt hij overvallen. Is het oude wrok van boer Knol? Is het broodnijd van Stevens, de kruidenier? Na een tweede aanslag doet Tos een gruwelijke ontdekking, die hem bijna zijn leven kost in Na de nacht gloort de morgen.

Na zijn ontslag bij Schulphout gaat Lammie Zwarts in Altijd zingen de populieren aan de slag bij Geurt van Eeden, een berucht stroper van klein wild en paling. Geurt en Lammie gaan voortaan samen op pad, in de ongerepte natuur van de Zuid-Veluwe. Hun verrichtingen worden met argusogen gevolgd door zowel fabrieksbaas Schulphout als andere dorpelingen, maar dat om heel andere redenen...